Johannes Schiotling
Het zich iets verwijdende bekertje heeft een geprofileerde voetrand en een uitkragende liprand. De binnenzijde is geheel verguld; op de wand is in cursief een sierlijke ‘A.’ aangebracht. Mogelijk is het (later) in gebruik genomen als een geboorte- ofwel doopbekertje, een kleine beker – meestal met een gegraveerde, soms een gedreven decoratie – die werd gegeven bij wijze van doopgeschenk.
Het bekertje maakte deel uit van het zilverbezit van het Nederlandse Koninklijk Huis. Sticker en label geven aan dat het behoorde tot de nalatenschap van prinses Juliana: kunstvoorwerpen uit deze erfenis werden in maart 2011, zeven jaar na haar overlijden, geveild op initiatief van haar dochters, koningin Beatrix, prinses Irene, prinses Margriet en prinses Christina. De veilingopbrengst kwam ten goede aan door hen gekozen goede doelen.
hoogte 5,5 cm, ø 5,1 cm
Deels verguld zilver
50,9 gr
1 MEESTERTEKEN ISL in liggende rechthoek
2 STADSKEUR wapen Amsterdam
3 GEHALTETEKEN gewestelijk wapen Holland
4 JAARLETTER N
later toegevoegd:
V in gekroond schild (1814-1853; belastingteken voor vanuit het buitenland en voor in de handel terugkerende edelmetalen voorwerpen met tekens gildetijd, Koninkrijk Holland, Franse tijd; in 1816 werd het teken als gratis recense afgeslagen; V = Vreemd werk)
BR3371
K.A. Citroen, Amsterdamse zilversmeden en hun merken, Amsterdam 1975, nr 575 (bio, meesterteken);
Veilingcatalogus Sotheby’s Amsterdam (Property from the Estate of Queen Juliana of the Netherlands, sale AM1100), 14-17 maart 2011, nr 170;
Jean-Pierre van Rijen, Martens-Mulder Collectie. Zilver uit de 17de en 18de eeuw, z.p. 2018, p. 319; afb. p. 319, cat.nr 59