Poppenhuis van Anna Maria Trip

Het was het pronkstuk van de TEFAF: het 250 jaar oude poppenhuis van Anna Maria Trip, een wonderbaarlijk rijk ingericht miniatuurhuis met meer dan honderd zilveren miniaturen. Nu is het in volle glorie te bewonderen in Rijksmuseum Twenthe in Enschede, het poppenhuis is hét topstuk van de zilverschatkamer.

Anna Maria Trip poppenhuis 2019, Fotografie :Jasmijn Tolk

In de media was het de prangende vraag: aan wie zal het beroemde poppenhuis van Anna Maria Trip na de TEFAF toebehoren? Het poppenhuis is één van de tien bewaard gebleven Hollandse poppenhuizen uit de zeventiende en achttiende eeuw en het enige dat zich nog in particulier bezit bevond. De Haarlemse zilverspecialist John Endlich Antiquairs liet het  zien op de vermaarde kunstbeurs TEFAF in Maastricht.

Rijksmuseum Twenthe is bijzonder gelukkig dat het het poppenhuis nu aan het publiek kan tonen. De Martens-Mulder Stichting, die haar zilvercollectie in langdurig bruikleen heeft gegeven aan het museum, verwierf het tijdens de TEFAF.

 

Een kunsthistorisch juweel

Met zijn zilveren garenwinder op de zolder, ivoren tafel in de salon, zilveren pannetjes in de keuken, zijden wandbespanningen en geschilderde ‘Perzische tapijten’ is het poppenhuis ongekend rijk en fijn uitgewerkt. NRC noemt het in de krant van 13 maart ‘een mirakel van overlevering’. Want op een paar details na is het complete huisraad, met ruim honderd stuks zilveren poppegoet, origineel en in optimale conditie. Dat is vooral bijzonder omdat er echt met dit poppenhuis is gespeeld, zo blijkt uit brieven en anekdotes van de adellijke familie.

 

Anna Maria Trip

Het bijna 1,70 meter hoge poppenhuis is ingericht door Anna Maria Trip (1712-1778). Ze was een Groningse telg uit een bekende Amsterdamse regentenfamilie. Op haar achttiende huwde ze met de 24 jaar oudere Groningse raadsheer Wicher van Swinderen. Na de geboorte van haar zeven kinderen, is Trip rond 1750 begonnen met het inrichten van haar poppenhuis. Het huis is waarschijnlijk door een Groningse timmerman gemaakt; het zilver kocht ze vooral in Amsterdam, onder andere bij de bekende zilversmid Arnoldus van Geffen.